Albert Bontridder est né à Bruxelles (Anderlecht) le 4 avril 1921. Architecte et poète, rédacteur à la revue littéraire Kentering à La Haye (Pays-Bas) de 1967 à 1977, président du Centre belge d'expression néerlandaise du P.E.N. - Club international de 1975 à 1980, membre de l'Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique depuis 1984, Albert Bontridder réside à Bruxelles.

BAT 59 :
L'impensable et autres poèmes (en français)
Het ondenkbare en andere gedichten (en néerlandais)
Ces poèmes sont extraits du recueil à paraître Wonen in de vloed [Habiter le passager].

En français

Charles Dumont, l'esprit d'un architecte, essai, Bruxelles, Prisme éditions, 2005.
Prose flamande d'aujourd'hui, anthologie, Bruxelles, La Longue Vue, 1988.
Poésie flamande d'aujourd'hui, anthologie, Arles, Actes Sud, 1986.
Het woord delen / Partager la parole, poésie de Suisse et de Flandre, édition bilingue français/néerlandais, Bruxelles/Gand, Uitgave Flemish P.E.N. Center, 1980.
La raison révoltée, Léon Stynen, sa vie et son œuvre, Anvers, Édition du comité Stynene, 1980.
Jeter un pont / Een brug slaan, poésie, édition bilingue français/néerlandais, Bruxelles/Gand, Uitgave Flemish P.E.N. Center, 1977.
Jacques Dupuis ou l'architecture perdue et retrouvée, monographie, Bruxelles, Architecture 61, n° 34/35, 1961.
Poésie se brise, Bruxelles, Éditions Tijd en Mens, 1952.

En néerlandais

Zeven jaar en meer, Uitgave Fonds Marcel Hofmans, 2005.
De tuinen van Naxos, Gent, Uitgave Druksel, 2004.
Is de acacia mij bekend?, poëzie, Uitgave Fonds Marcel Hofmans, 1999.
Groeten van Mijnheer en Mevrouw Ledepop, prozagedichten bij tekeningen van Marcel Wauters, Uitgave Stadsbstuur Aalst, 1990.
Een oog te veel, poëzie, Brussel/Amsterdam, Uitgave Manteau, 1984.
Hongaarse poëzie, traduction néerlandaise, Bruxelles/Gand, Uitgave Flemish P.E.N. Center, 1983.
Inleiding tot de poëzie van Marcel Wauters, essai, Uitgave Stadsbestuur Aalst, 1981.
Huizen vieren haat, poëzie, Brussel/Amsterdam, Uitgave Manteau, 1979.
Gedichten 1942-1972, verzamelbundel, Antwerpen-Baarn, Uitgave De Standaard-Van Kampen, 1973.
Zelfverbranding, poëzie, Antwerpen, Uitgave de Galge, 1971.
Ook de nacht is een zon, poëzie, Antwerpen, Uitgave de Galge, 1969.
De Bankreet «Vader», poëzie, bloemelezing, Hasselt, Uitgave Heideland, 1968.
Open einde, poëzie, Wetteren, Uitgave Hedendaags, 1967.
Dialoog tussen licht en stilte, hedendaagse bouwkunst in België, monografie, Antwerpen, Uitgave Helios, 1963.
Bagatelle - Hangende Vis, poëzie, Antwerpen, Uitgave Ontwikkeling, 1962.
Dood Hout, poëzie, Amsterdam, Uitgave C.P.J. van der Peet, 1955.
Hoog water, poëzie, Brussel, Uitgave Tijd en Mens, 1952.